Inhoudsopgave
• Polderpeilbeheer in vroeger tijden
• Bestuur Waterstaatkundige Stichting Gemaal Limmen 1879
Van de voorzitter
Voor het Gemaal was het afgelopen jaar voor wat betreft de exposities een periode om te vergeten. Twee van de drie expo’s konden door het Coronabesmettingsgevaar niet doorgaan en de derde werd deels geannuleerd. Dit had tot gevolg dat er veel minder bezoekers waren. Ook de kunstenaar keek machteloos toe hoe de expositie steeds maar werd uitgesteld en wachtte hoopvol op betere tijden die maar uitbleven.Gelukkig komt aan alles een eind, zo ook aan deze onvoorziene periode.
Het bestuur en de vrijwilligers hebben in deze tijd bepaald niet stilgezeten. In eigen beheer is er reparatie en onderhoud uitgevoerd, Met een welkome aanvulling van de Rabobank van € 6000.- konden we 156 kammen van een conisch tandwiel door vakmensen laten maken en plaatsen en de panlatten van het dak door nieuwe vervangen. De methode van smering van het vijzellager werd in eigen beheer veranderd.
Dit alles om straks op verzoek van het waterschap HHNK* te helpen met het wegpompen van overtollig water uit de polder De Zien, de Castricummerpolder en de Groot-Limmerpolder. Allen hebben een eigen polderpeil maar worden bij overmatige regen met elkaar verbonden. Een protocol wordt daarvoor gemaakt. Ons Gemaal zal dan 110 m³ water per minuut uitmalen naar het Alkmaarder- en Uitgeestermeer. waarmee de totale capaciteit met 40% wordt uitgebreid.
Voor de bediening van de pompinstallatie hebben zich vrijwilligers aangemeld die deze werkzaamheden kunnen uitvoeren..
Helaas neemt het aantal vrijwilligers af en we zullen moeten zorgen dat er voldoende mensen zijn om deze afspraak met het waterschap na te komen. Aanvulling met één of twee vrijwilligers zou geweldig zijn. De nodige kennis wordt u bijgebracht of kan reeds bij u aanwezig zijn.
Weet u iemand? Gaarne maken we contact.
Verder zijn er nog een aantal renovaties nodig aan de voordeur, de kantelen en het voegwerk. Maar dat komt samen met onze vrijwilligers voor elkaar.
John Wissenburg, voorzitter
*Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
Polderpeilbeheer in vroeger tijden
Het uitmalen van water met een poldergemaal gebeurt niet zomaar voor de vuist weg. In een polder geldt een peilbesluit, vastgesteld door het waterschap en goedgekeurd door de provincie. Grotere polders kennen soms meerdere peilen en zijn om die reden opgedeeld in peilvakken. Ook kan het peil in de zomer afwijken van dat in de winter, we spreken dan van het zomer- en winterpeil. Het is aan de medewerkers van het waterschap de polder op het peil te houden dat is voorgeschreven, dus uitmalen als er regen is gevallen en inlaten als er te veel water verdampt in de zomer.
Echter in vroeger tijden werkte het soms wel wat anders. Van de historisch medewerker van het hoogheemraadschap, Diederik Aten, ontving ik een gedeelte van de inleiding van het polderarchief, dat een mooie inkijk geeft hoe het in vroeger tijd ging. Daarin las ik het volgende:
“In het najaar van 1878 besloot het bestuur (van de Groot-Limmerpolder) tot een kostenvergelijking tussen de oude windbemaling en een stoomgemaal. Hiertoe werd in december contact opgenomen met de ijzergieterij Prins van Oranje in Den Haag. De gedachten gingen al meteen uit naar sloop van de Zuidermolen met behoud van de vijzel. Die zou dan door stoomkracht aangedreven moeten worden.
Als adviseur nam de polder H. Leemhuis uit Zaltbommel, architect en opzichter van de Bommelerwaard, in de arm. Leemhuis was waarschijnlijk een zwager van secretaris A. van Nienes.
Leemhuis ontwierp ook het goed geproportioneerde en van allerlei siermetselwerk voorziene gemaalgebouw. De molenaar kreeg in februari 1879 ontslag aangezegd en op 2 april werd de Zuidermolen voor de sloop verkocht aan C. Gras uit Monnickendam voor fl 477,- Op dezelfde dag vond de aanbesteding plaats van het zetten van het nieuwe gebouw voor de stoominstallatie. Dit werk werd aangenomen door Reijer Klaas Koppen uit West-Graftdijk en Guurtje Spaans, de weduwe van Dirk Krom, uit Akersloot voor fl 13.497,-. De levering en opstelling van de 40 pk sterke stoominstallatie ging naar Stork te Hengelo. Hiermee was een bedrag van fl 11.930,- gemoeid. Ter dekking van deze uitgaven sloot de polder een lening van fl 26.000,- af.
Het contract met Stork bepaalde dat alles binnen 15 weken kant en klaar opgeleverd moest worden. Begin september 1879 was er, met de herfst in aantocht, echter nog niets van de machinerieën aangevoerd. Het polderbestuur wees de fabrikant op het risico van overstroming bij aanhoudende regenval. Men had nu immers alleen de Noordermolen.
Op 28 oktober bracht een monteur van Stork de installatie voor het eerst onder stoom. Gemalen kon er echter nog niet worden wegens een probleem met de vijzel. Daar werd op dat moment aan gewerkt. Een week later vond de officiële proefbemaling plaats om te controleren of alles aan de gestelde eisen voldeed.
De oude houten vijzel overgenomen van de Zuidermolen was in 1881 aan vervanging toe. De molenmaker van de polder, J. Krom uit Akersloot, stelde een onderzoek in naar van ijzer vervaardigde vijzels. Vanwege de lange levertijd werd de montage echter uitgesteld tot uiterlijk 1 juni 1882. Er trad echter vertraging bij de leverantie op en de polder moest de fabriek eind juni 1882 tot spoed manen. Kosten fl. 2.710,–. “
Zie hier hoe het gemaal tot stand is gekomen. En men durfde dus ook veel. De oude molen werd in februari 1879 verkocht en de molenaar ontslagen, pas eind oktober draaide het gemaal met kinderziekten. In 1882 werd de oude vijzel door een nieuwe vervangen met ook een heleboel gedoe. Dat men dat zo deed werd mede bepaald door het feit dat men zich niet zo strak hield aan een grondpeil en toezicht van hogerhand was er nauwelijks.
Het volgende illustreert dat, we schrijven ca. 1725:
Schippers verhinderden soms het malen van de molens omdat zij belang hadden bij een hoge waterstand. Dan kon er gemakkelijker en met meer lading aan boord gevaren worden. Akersloot verzocht maatregelen tegen deze ongeregeldheden en instelling van een vast peil in de Groot-Limmerpolder. De Gecommitteerde Raden stuurden het verzoekschrift door naar de regenten van Limmen. Hierop volgde op 7 november 1730 overleg tussen de twee partijen. Ten aanzien van het zomerpeil werd men het snel eens. Anders lag het met het winterpeil. Limmen wilde dat op twee voet (0,57 m.) boven het zomerpeil hebben, terwijl Akersloot aan 10 duim (0,24 m.) dacht. Het compromis werd 16 duim (0,38 m.) boven het zomerpeil. (dus in de winter hoger dan in de zomer)
De inundatie van de polder gedurende de wintermaanden leidde aan het begin van de 19e eeuw weer tot moeilijkheden. De landerijen liepen onder en zelfs de grote weg van Haarlem richting Alkmaar en Den Helder verdween onder water.
Het Departementaal Bestuur bepaalde toen dat de Groot-Limmerpolder ‘s winters zoveel mogelijk droog gehouden moest worden.
Dit alles laat zien dat men, totdat het gemaal zijn beslag kreeg, er een potje van maakte. Malen in de winter was zondegeld en had als nevenvoordeel dat de schippers goed en zwaar beladen konden varen. Het economisch belang vierde toen al hoogtij.
Niets is ons vreemd.
Co Bosschaart
De exposities in 2020
Het jaar 2020 beloofde een mooie start te krijgen met de expositie van Gemma Distelbrink en een feestelijke opening op 5 april, door mevrouw Klazien Hartog, heemraad van waterschap Hollands Noorder Kwartier.
Helaas gooide Covid-19 roet in het eten; deze expositie, net als de volgende met de Gezusters uit Limmen, moest worden afgeblazen. Ook de Oer-IJ expositie boven in het gemaal en de geplande wandelingen op de eerste zondagen van de maand konden niet doorgaan, behalve die op 6 september en 4 oktober.
Gelukkig was Tineke van Hout bereid en in staat om te komen exposeren in september en oktober.
Openstelling vanaf 6 september, met inachtneming van alle voorschriften.
Ook op zondag 13 september: Open Monumentendag, steeds van 13.30 tot 16.30 uur.
Op 11 oktober was de laatste dag, eerder dan gepland, maar noodzakelijk in verband met gezondheidsrisico’s.
In totaal hebben wij 60 bezoekers kunnen ontvangen.
Op verzoek van basisschool ‘De Brug’ heeft op 10 december groep 5 uitleg gekregen door vier vrijwilligers met mondkapje, over het gemaal, de geschiedenis, de waterhuishouding en de omgeving door ze te verdelen in vier groepjes en te wisselen.
Het was een aanvulling op hun lesstof en een geslaagde excursie. De juf was erg tevreden!!!
De geplande eerste expositie, te beginnen op 11 april 2021 hebben wij moeten afzeggen en verplaatsen naar 2022. Wij hopen op 6 juni 2021 weer open te gaan.
Met dank aan alle vrijwilligers, die hun steentje hebben bijgedragen in een bijzonder en bizar jaar 2020.
Wij hopen met hen weer iets moois te maken van 2021 in goede gezondheid.
Greet Blokker en Ciska Velzeboer
Het klimaat
Ik denk niet dat mijn opa ooit gedacht heeft terwijl hij ‘s ochtends vroeg bezig was om de koeien te melken: doe ik iets verkeerd? De negentiende eeuw was aan zijn laatste jaren bezig en er liepen relatief veel koeien in de weide. Prachtige beesten, ze gaven veel melk en daar kun je nog steeds alles van maken en smaken. Mijn opa hield van het klimaat.
Nu is het langzamerhand bekend geworden dat koeien ongewenste elementen produceren die van invloed zijn of kunnen zijn op ons klimaat.
En dat klimaat verandert en heeft ongetwijfeld consequenties voor degene die nu leven en voor de toekomstige bewoners van de aardbol.
Enorme lokale regenbuien zijn tegenwoordig niet meer van de lucht, terwijl in andere nabij gelegen gebieden veel minder valt dan waarop in de voorbije jaren is gerekend.
Vooral polders merken dat en er zijn dan ook vergevorderde plannen om elkaar te helpen als de één wateroverlast heeft en de ander water moet inlaten om het oppervlaktewaterpeil op de goede hoogte te houden.
De klimaatverandering heeft invloed op het functioneren van Gemaal 1879
Bij algemeen wateroverlast gaat het Gemaal, op verzoek van het Hoogheemraadschap, meehelpen het water uit de polder weg te pompen.
De stroomaansluiting voor de elektromotor moet nog op het openbare net worden aangesloten en dan is de installatie gereed.
De oude kammen, die in 1938 zijn geplaatst door Jan Poland, zijn vervangen. De nieuwe kammen zijn, evenals de oude, van haagbeukenhout gemaakt. Dit hout is hard, taai en splijtvast en wordt o.a. gebruikt voor hakblokken(slager), trommelstokken en tandwielen in molens.
Als het zover is en de motor krijgt zijn elektriek, dan kunnen we de eerste kubieke meter polderwater in het Alkmaarder- en Uitgeestermeer pompen en helpt het Museum Gemaal 1879 het oppervlaktewater in de polder op peil te houden.
Ik weet wel zeker dat mijn opa nooit gedacht heeft: doe ik iets verkeerd? Integendeel. Hij hield van het klimaat en hoop je dat het nooit veranderd.
Foto: Twee vakmensen van de firma Poland verwijderen de oude kammen en plaatsen 2 x 78 nieuwe kammen op het conische tandwiel.
Niek Beentjes
Bestuur Waterstaatkundige Stichting Gemaal Limmen 1879
John Wissenburg: voorzitter
Co Bosschaart: secretaris
Hans van der Eng: penningmeester
Greet Blokker: vicevoorzitter en exposities
Ciska Velzeboer: exposities
Niek Beentjes: techniek en redactie Nieuwsbrief